In 1897 nam Edmond van Eetvelde, secretaris-generaal van de Onafhankelijke Congostaat de opmerkelijke beslissing om vier art-nouveau-architecten aan te stellen om het Congolese gedeelte van de Brusselse Wereldtentoonstelling in Tervuren te ontwerpen. Deze beslissing kan verrassend lijken, omdat art nouveau in 1897 vooral een moderne stijl was die geliefd was bij de opkomende industriële bourgeoisie, maar eerder werd geminacht door de aristocratie en het koningshuis. Er waren echter twee strategische redenen achter de keuze van Edmond van Eetvelde. Ten eerste was de wereldtentoonstelling een massa-evenement en met de art nouveau hoopte Edmond van Eetvelde de publieke opinie te beïnvloeden ten gunste van de kolonisatie. Ten tweede wilde hij ook de nieuwe Belgische industriële bourgeoisie verleiden en overtuigen om te investeren in de koloniale onderneming. Het pakte goed uit, want het Congolese gedeelte in Tervuren werd zo'n succes dat de term "Congostijl" werd bedacht om naar art nouveau te verwijzen.

Deze rondleiding vertrekt vanuit dit historische moment om te onderzoeken hoe art nouveau, vanuit het perspectief van de publieke ruimte, ook diende als een instrument van koloniale propaganda tijdens het Leopoldiaans tijdperk. De rondleiding vindt plaats op de Ambiorixsquare en loopt langs het Hotel van Eetvelde, dat door Victor Horta is ontworpen. Dit iconische gebouw, samen met enkele andere art-nouveaumeesterwerken in de wijk van de Squares, legt de historische en esthetische banden bloot tussen art nouveau en kolonisatie.