Hoewel de architect van het huis niet gekend is, weten we wel dat de opdrachtgeefster van Spaanse afkomst was, wat niet verrassend is als je de inrichting bekijkt. Achter de sobere gevel uit 1924 ligt een grote patio, het middelpunt van het huis. De patio is bekleed met keramiektegels en heeft een glazen koepel met gekleurd glas als dak. De muren halfhoog zijn bekleed met een ander soort keramiek dat doet denken aan de Andalusische traditie. Een kleine fontein staat centraal, terwijl een trap omhoog leidt naar een overloop die naar alle kamers op de eerste verdieping leidt. Een kunstig bewerkte smeedijzeren leuning vervolgt zijn weg als reling voor diezelfde overloop. Net zoals bij het Huis Wielemans zijn veel van de structurele en decoratieve details een mengeling tussen Spaanse esthetiek en art deco.