Hoewel het centrum van Brussel vaak wordt geassocieerd met historische gebouwen uit vroegere tijden, heeft ook hier het interbellum zijn stempel gedrukt. Dit is te zien aan zowel opvallende gebouwen als stedenbouwkundige ingrepen die nog steeds zichtbaar zijn.

De wandeling begint bij het Paleis voor Schone Kunsten, ook bekend als Bozar, ontworpen door Victor Horta en voltooid in 1928. Dit gebouw toont de meesterlijke vaardigheden van Horta na zijn Art Nouveau-periode.

In de buurt van Bozar bevindt zich het iconische Shell-gebouw aan de Ravensteinstraat, gebouwd tussen 1932 en 1934. Met zijn strakke lijnen en sobere decor ademt dit gebouw de internationale ambities van de jaren 1930. Het Centraal Station, oorspronkelijk ontworpen door Horta in 1911, maar pas voltooid in 1952 als onderdeel van de Noord-Zuidverbinding, heeft een complexere bouwgeschiedenis.

Het parcours loopt langs verschillende emblematische gebouwen, waaronder het art deco-restaurant Taverne du Passage en het modernistische Vanderborght-gebouw. Horta combineert hier modernisme met zijn eigen versie van Art Deco, wat de rijke culturele geschiedenis van Brussel tot leven brengt.

Verderop vindt men een mix van modernisme en historische stijlen, waaronder enkele art-nouveaugebouwen die de weg hebben geëffend voor latere stijlen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan kleine details, zoals het voormalige ASLK-gebouw met zijn grootstedelijke art deco-allures, waar nu onder andere het food court "Wolf" is gevestigd. De wandeling eindigt bij het sfeervolle hotel-brasserie L’Espérance, met een Art Deco-interieur dat een unieke sfeer uit de jaren dertig oproept.