Ontworpen in augustus 1929 als "bâtiment de standing", werd dit appartementsgebouw al snel een voorbeeld van een tijd die voorgoed voorbij was. De beurscrash die twee maanden later volgde, verklaart waarschijnlijk de aanpassingen tussen het initiële ontwerp en het gerealiseerde gebouw uit 1930.

Nochtans toont dit ontwerp van architect Dubois een luxueus voorbeeld van art-decowoningen met een oppervlakte van 200 m², gevellengtes tot 27 meter, en voorzieningen als een salon, bar, rookkamer, dienstlift en dienstbodekamer. Als één van de eerste hoekgebouwen aan de elegante de Broquevillelaan, vormde het een spiegelbeeld van het ertegenover gelegen Joséphine-Charlottesquare èn een baken voor een nog volop in ontwikkeling zijnde wijk. De elegante spiraalvormige trap, oorspronkelijk verlicht door glasramen, leidt naar een panoramisch en collectief dakterras.

Het opengestelde appartement was de laatste decennia in gebruik als kantoor en onderging in functie daarvan enkele ongelukkige verbouwingen. In 2021 kocht architect Philippe Breels dit appartement en transformeerde het tot zijn eigen cohousing. De oorspronkelijke ruimtelijkheid en openheid van het ontwerp van Dubois werden hersteld en toevoegingen gebeurden in referentie naar de art-deco-vormentaal. Er werd gewerkt met recuperatiematerialen, terwijl de zorgvuldige inrichting een fraaie staalkaart biedt van meubelontwerp uit de interbellumperiode. Het toont hoe art-decowoningen hand in hand kunnen gaan met vernieuwende manieren van wonen (collectief, duurzaam) en hoe de stijlperiode ook binnen hedendaagse woningen relevant blijft.